7 september 2009

Laatste verslag – Jeroen

Het zit erop. De ruim 1200 km’s en bijna 20.000 hoogtemeters. Ik schrijf dit laatste verslag op mijn PC thuis. Dag 6, 7 en 8 ben ik nog verschuldigd en dat wil ik de supporters en lezers van onze weblog niet onthouden. Daan heeft al verslag gedaan van de etappe naar Metz, de groene etappe die de grauwe- en regenetappe werd. Anders dan Daan – die zegt het in drie dagen te zijn vergeten (of geldt dat alleen voor de kou, de wind en het afzien?) – denk ik dat de etappe naar Metz ons nog jaren zal heugen. Als we elkaar na 10 jaar nog weer eens tegenkomen, zullen we zeggen: “en weet je nog die regenetappe naar Metz?”. Behalve dat kou en regen sowieso niet zo leuk zijn om in te fietsen was het jammer dat daarom de schoonheid van het landschap ook wat minder wordt opgemerkt en gewaardeerd. Wat me nog wel bijzonder opviel waren de ommuurde begraafplaatsen langs de weg bij elk dorpje. Het nummer ‘Cemetary Gates’ van The Smiths speelde daardoor de hele tijd door m’n hoofd (The Smiths: daar wordt je ook al zo vrolijk van). Én: dat Marc – hier nog vrolijk lachend op de foto , bij het bord “Metz nog 27 km” verzuchtte “I don’t think I am gonna make it”. Dus zelfs Marc had het zwaar (en vooral héél koud). Daan de bikkel ging bij aankomst gewoon z’n tent weer in, maar wij kozen voor een kamertje in de aan de camping grenzende jeugdherberg. Ik had het grootste deel van de dag met een flinke dosis Ibuprofen met redelijk succes de pijn in m’n knie verdreven, maar het leek me beter dat niet meer te doen en tenminste dag 7 maar de fiets aan Fried te geven en zelf in de auto te gaan zitten. Echter, Remco de fysiotherapeut had me na grondig onderzoek op het hart gedrukt dat ik best met pijnstillers kon fietsen, zolang ik het maar niet te gek maakte. Ik blij en Fried had alle begrip voor het feit dat ik in dat geval toch wel graag zelf de tocht wilde vervolgen.

Dag 7 dus: de langste etappe, de drielanden etappen van Metz, door Luxemburg naar Grand-Halleux in België. 200 km en naar schatting 1000 hm. Nou dat werden er ruim 1600. Het begon goed: weliswaar grijs, maar droog in Noord Frankrijk en in Luxemburg kwam er een zonnetje door. Na een km of 70 waren we eindelijk echt een beetje aan het fietsen. Ik bedoel: je rijdt op een racefiets, dus dan mag je af en toe ook wel eens beetje rijden alsof je op een racefiets zit. In Noord Frankrijk waren we de volgauto een tijdje kwijt (of zij ons) en toen ze ons eindelijk weer gevonden hadden zijn we even gestopt voor een ‘bakkie’. In de auto hadden ze thermoskannen mee en zo deden we de laatste dagen, na een km of 40 effe een bakkie bij de auto. Dit keer zat er een traktatie bij van ‘vreemde René’; croissants en pain au chocolat. René van Oosten was een ‘single biker’ die vanaf dag 3 (dacht ik) met ons mee reedt en de traktatie was uit dank voor onze gastvrijheid. Ik geloof dat Ronald de Mooy hem goedmoedig ‘vreemde René’ had gedoopt, niet omdat René zo’n rare is, maar omdat we al een René in het team hadden; mijn broer. ‘Vreemde René’ had een GPS en was een uitstekende navigator, dus af en toe schalde er een zin door ons pelotonnetje als “Vreemde René, gaan we goed zo?”. Vervolgens hadden we, ter gelegenheid van Andries’ verjaardag (Andries is de chauffeur van onze volgauto: de Toyota Landcruiser) en het teamgebeuren, afgesproken om deze etappe onderweg een terrasje te pakken. Bij zo’n 90 km had de crew van de volgauto een terrasje voor ons uitgezocht (ik denk in Ettelbruck), maar toen we langskwamen zaten we net in zo’n goede ‘flow’ dat we niet graag wilde stoppen en reden we dus door. Dat ging ook heel lekker, langs een riviertje tot aan het tweede checkpoint op zo’n 120 km. Inmiddels hadden we afgesproken om het terrasje dan maar te pakken in Clervaux, op zo’n 150 km. Maar vlak na het tweede checkpoint grepen de weergoden hun ‘kans op regen’ (zoals voorspeld): het begon dus weer te regenen en niet zo’n beetje ook. Binnen 10 kilometer de schoenen weer doorweekt (ondanks overschoenen) en sloeg ook de kou weer toe. En alhoewel het bij Clervaux weer droog was en ook de zon zich weer liet zien én de warme chocolademelk én appeltaart met slagroom zich goed lieten smaken (met dank aan Andries), heb ik het niet meer warm gekregen. De laatste 50 kilometer vond ik niet echt leuk meer. Gelukkig gingen de laatste 10 km enigszins naar beneden en vlogen die kilometertjes voorbij. Dankzij onze extra stop kwamen we als een van de laatste ploegen aan en hoorde we dat alle douches al koud waren: de boilers waren leeg. Ik kon het niet laten om m’n slechte humeur te ventileren, wat me op een uitbrander van Ronald de M. kwam te staan: ik mocht de sfeer niet bederven en bovendien was het die avond bonte avond, dus geen gezeik. De barmeiden hadden de zaterdagavond tot bonte avond uitgeroepen en iedereen was uitgenodigd iets leuks bij te dragen. De (vijf) meiden trapten zelf af met een perfecte imitatie van de Spice Girls (als ik het goed heb). Die Spice Girls heb ik nooit veel aan gevonden, maar onze barmeiden waren geweldig! Niet lang daarna ben ik toch snel afgetaaid en heb ik de natte tent opgezocht. Na toch redelijk geslapen te hebben hoorde ik de volgende ochtend dat de anderen het tot een uur of half twee bont hadden gemaakt, dus die hadden natuurlijk helemaal goed geslapen, zij het wat kort….

De laatste dag: aankomst in Valkenburg. Onder luidt gejuich had Gijs ons de avond ervoor het weerbericht meegedeeld: licht bewolkt, veel kans op zon, 20 graden en DROOG! Na een ontbijt met een flinke dosis Ibuprofen (ik heb ze de laatste dagen als smarties gegeten; ze werken ECHT meneer…) gingen we al rap de Wanne op. Omdat de smarties nog niet goed ingewerkt waren vond mijn knie het niet zo leuk Ook was het helemaal geen 20 graden en ook niet droog. De volgende klim heb ik een paar stukjes aan de auto gehangen, maar op de Rosier ging het eigenlijk wel weer lekker. Ook de naamloze col vanuit Stoumont ging prima. Bovenop ff ’n bakkie naast de auto (kon mooie Ronald ook weer met een peuk op adem komen) en verder. Afdalen op de Maquisard, langs het CCR, waar we de maand daarvoor logeerde tijdens ons trainingsweekend en vervolgens in Remouchamps de Redoute op. Op dat moment was alle pijn goed verdoofd en toen de volgauto langszij kwam om me een lift aan te bieden riep ik ‘no pain’ en roste ik zonder hulp de Redoute op, heerlijk! Zo hard als Daan ging het niet, maar die had dan ook bijna de hele tour zitten wachten op de Redoute om daar een toptijd neer te zetten. Onderweg rekende hij het hele peloton Spartaanse vrouwen in. Inmiddels begon te tijd toch wat te dringen en moesten we een beetje voortmaken om op tijd bij het rendez-vous punt te komen in Valkenburg, voor de gezamenlijke intocht. In een van de laatste Belgische dorpjes voor de grens (ik denk Warsage) stuitten we op een plechtige herdenking van een of andere gebeurtenis uit de tweede wereldoorlog en moesten we allemaal een minuut of 10 wachten tot dat voorbij was. Daar stroomden zo’n 5 ploegen samen en nadat we verder konden, loodste een Limburgse ploeg de hele groep via de kortste weg naar het verzamelpunt. Daar aangekomen trakteerde onze verzorgers ons alvast op een Jupilertje en feliciteerden we elkaar met het volbrengen van de tour, iets wat we even later boven op de Cauberg natuurlijk nog een keer zouden doen. In volgorde van de ploegen op de ploegpagina (op de TourforLife site) gingen we vervolgens met het hele peloton achter de motoragent richting Valkenburg, De Bikers without Borders dus voorop. Het onthaal boven op de Cauberg en de ereronde achter het Holland Casino waar ook wij eindelijk onze geliefden weerzagen, was prachtig en ontroerend. Het podium op voor een applaus en champagne. Biertje, patatje, afscheid, douchen in Thermae 2000, eten in Valkenburg, terug naar huis, lekker slapen in m’n eigen bedje en zo komt aan dit mooie avontuur een eind.

Iedereen uit het team geweldig bedankt voor deze mooie week. Iedereen die ons heeft gesteund bedankt. En mijn bijzondere dank aan Fried - een betere teammanager kun je niet wensen - en aan Diana, die zo hard gewerkt heeft om ons elke dag weer fit aan de start te krijgen en de bijzondere medische verzorging van mijn persoontje (ik heb al haar smarties opgegeten en Zovirax leeggesmeerd) en Andries voor alle hand en spandiensten.

4 september 2009

Verslag TFL Dag 6

Hoi Allemaal,
Het is hier schitterend infanteristen weer, anders gezegd, het regent en het is koud. Desondanks heb ik de tijd en energie gevonden om achter een Frans toetsenboord te gaan zitten(de letters zitten dus op een andere plaats) in Metz om een kort verslagje te schrijven over de afgelopen dagen. In één woord samengevat: regenachtig of beestenweer!
Over dag 3 ben ik alles eerlijk gezegd al vergeten. Het gaat allemaal zooo snel voorbij!! Gisteren had een leuke rustdag moeten zijn met schitterend weer en een vroege aankomst op een zonovergoten camping maar we kwamen bedrogen uit. Het regende keihard en de meeste renners van ons team waren dolgelukkig om te horen dat er binnen geslapen kon worden. Ik heb natuurlijk gewoon in de tent geslapen onder het motto: Never change whats good! (never change a winning team klinkt zo gek als we het over een tent hebben)
Vandaag was een zware dag met een tocht van 185 km. De weergoden vonden de afstand op zich niet zwaar genoeg wat hen deed besluiten de wolken open te wetten. Zodoende zijn we vandaag bijna verzopen in royale hoeveelheid regen die ons werd geschonken. Meer zwemmend dan fietsend hebben we de finish gehaald. Mijn teller gaf uiteindelijk 189km aan dus alle beschuldigingen over afsnijden zijn bij deze nietig verklaard al klopt het dat we enigzins van de route zijn afgeweken;
Tot slot even een flinke pluim voor de vrijwilligers. Die lui zijn geweldig bezig, zien er gesloopter uit dan de fietsers en werken zich een slag in de rondte om het de fietsers enigzins gemakkelijk te maken. De barmeiden zijn geweldig, al zijn die plannen voor de bonteavond wat ambitieus natuurlijk. De masseuse is misschien nog belangrijker omdat zij mij en de rest van het team de dag doorhelpt. De chefs zorgen ervoor dat de koolhydraten die naar binnen gewerkt moeten worden ook nog te vreten zijn en zo zijn er nog veel meer mensen die het leven hier geweldig maken en houden.
Goed! Voldoende getypt voor vandaag. Reacties zijn zoals altijd ontzettend leuk om te lezen.
Groetjes, Daan

3 september 2009

Verslag dag 5 (en 4) – Jeroen

Nou mensen, ik leef nog (weer). Gisteren was ik echt uitgewoond en kon ik geen verslag maken. Op zich was de etappe van gisteren veel minder zwaar dan verwacht. We starten weliswaar onder een zwaar wolkendek, maar het was droog toen we de tenten opruimden en starten. Het was ook leuk om samen te rijden, het landschap was prachtig en al hadden we onderweg wat regen: dat deerde niemand. Onderweg maakt Fried op spectaculaire wijze foto’s van ons, jammer dat niemand daar een foto van maakt: hij zit in de deur, met z’n bovenlijf uit de auto en neemt zo foto’s van ons in de afdaling bijvoorbeeld. Ook goed voor mij om een keer rustig aan te doen. Ik had tot dan toe nog niet goed geslapen. Op de tweede dag was Daan tot stilstand gekomen in mijn rug (rib). R floot bij een bocht (hij heeft een GPS) ten teken dat we een afslag hadden gemist. Dus ik rem, maar Daan kijkt achterom en tegen de tijd dat hij weer naar voren kijkt, zit ie boven op mij. Op dat moment deed het wel even zeer, maar ik had er die dag en de dag erop weinig last van. Maar aan het eind van de derde dag, stap ik na de massage verkeerd van de tafel en schiet het er in: alsof ik nog een beuk in m’n rug krijg. Vanaf dat moment is ie echt gekneusd en alhoewel Marc (chiropracter; wat een mazzel) z’n best doet om m’n spieren erom heen zo goed mogelijk te ontspannen, moet ik ontzettend opletten met m’n bewegingen. De minst riskante houding is al fietsend, dus dat valt weer mee. Gisteravond toch maar een dinges-pam (hoe heten die dingen) genomen van Tilly, waardoor ik tenminste 5 uur knock-out was, dus vanmorgen voelde het al weer beter. Vandaag dus de korte etappe. We begonnen vandaag wel in de regen en het is onderweg nog wel even droog geweest, maar niet lang. Behalve van m’n rug heb ik ook last van m’n linkerknie. Volgens de fysio is het waarschijnlijk een beginnende slijmbeursontsteking en gister aan het eind van de etappe speelde ie behoorlijk op. Vanmorgen was het al niet veel beter en in het koppie begonnen al nare gedachten te spelen over opgeven en ik voelde me dus K. De grootste uitdaging vandaag was de Grand-Ballon; 15 km klimmen en de laatste echte berg van de tour. We begonnen goed maar na vijf kilometer stonden heel veel auto’s en renners stil. De organisatie had besloten dat de klim moest worden afgelast: het spookte boven op de GB. Er zou een checkpoint zijn en de vrijwilligers met auto’s die naar boven waren gereden wisten niet wat ze zagen; ze zagen namelijk bijna niets: midden in de gierende storm en de wolken. Iedereen moest terug en via een alternatieve route naar Xonrupt-Longemer. Jammer van de Ballon, maar ook wel eens geinig om met het hele peloton in een grote sliert te rijden. Nu was de laatste en enige serieuze klim de Col de Bramont. Het begin was niet fijn: de knie protesteerde want nog koud van de stop ervoor, maar naarmate ik ‘m warmer trap, neemt de pijn af en dus ging ik ‘m maar zo zwaar mogelijk belasten en reed ik op het laatst zelfs Peter nog voorbij. Idioot hoor: een blessure die minder pijn gaat doen naarmate je harder werkt. Ik heb al gezegd dat we morgen dus maar gewoon keihard moeten gaan rijden, anders hou ik het niet vol J. Gisteren hebben we Diana vrijaf gegeven, want die werd toch ook wel een beetje moe, maar vandaag waren we vroeg binnen dus de meesten hebben hun massage al gehad. Straks nog even naar de fysio, met die gekke knie en dan maar weer afwachten hoe we morgen de 185 km naar Metz verteren. Wat nog wel leuk is: tijdens de natte etappe van vandaag hadden de meesten van ons zich al voorgenomen om een hotelletje of zoiets te nemen. Maar toen we op de camping aankwamen had Diana al iets leuks voor ons gereserveerd: een plek in het grote souterrain van het chalet van de eigenaar. We liggen vanacht dus gegarandeerd droog en morgenochtend is dat ook prettig opstaan. Nou, nog één belofte inlossen: De hartelijke groeten van mooie Ronald aan z'n vrouw Alice en de kinderen Daan en Eef en een fotootje toe: pappa onderweg aan het zuurstof. Misschien tot morgen!

1 september 2009

Bar Girls!!!!

HI! Bij deze een kleine bijdrage van het barteam..


Bij deze een bijdrage van mij (Marlies) namens de Bar Girls, om een andere kant van de Tour te belichten…Ons team is deze week mee om de mannen van een natje te voorzien en we proberen middels baropbrengsten een steentje bij te dragen aan de opbrengst van de Tour For Life.

‘s Ochtends voor half 8 snel ontbijten, mannen uitzwaaien, en dan proberen min of meer dezelfde route te pakken met onze camper, want de groene bergachtige omgeving is adembenemend.

Elke dag versterkt iemand van ons de vrijwilligersteams op de checkpoints. In de namiddag worden de eerste mannen (uitgeput en gevloerd) op de finish verwacht en hebben diverse vrijwilligersteams de kampen ingepakt en op de nieuwe locatie opgezet. Onze bardiensten draaien rond die tijd ook weer en tegelijkertijd wordt er door andere teams gekookt, gemasseerd en alles wat nodig is
om die mannen een beetje tevreden te houden..

Verder.. prachtige natuur, bergen, bergdorpjes en campings in Pontechinale, Bourg d’Oisans.. en maandag Aix les Bains was echt een toplocatie: Na het aanmoedigen van onze heroes aan de start hebben we gebaad in het meer tegenover de camping. HEERLIJK!

Genoeg voor nu, er moet tenslotte getapt worden.


Dus, mannen, HELDEN,




een heeeeele dikke kus van ons en veel doorzettingsvermogen!

Xxxxxxxxxxx



Verslag Jeroen- dag 3 – 1 september


Gisteren geen verslag gedaan: we waren pas om kwart voor zes binnen en ik ben er niet meer aan toe gekomen. De etappe was weer prachtig: allereerst de Alpe d’Huez. Natuurlijk mooi dat die ook op het CV kan, maar de afdaling was eigenlijk meer bijzonder: afdalen aan de kant van Villard Reculas is spectaculair: een hoogtepunt! De onbekende collen tussen Grenoble en Chambery waren een pittige verassing. Achteraf bleek deze dag eigenlijk de Koninginnerit: 160 km met 3400 hm (400 meer dan beloofd…). Marc had wel zin om de etappe op z’n naam te schrijven en na eerst verdwaald te raken in Chambery, reden we als een speer richting Aix-Les-Bains. Maar toen kreeg ie een klapband (niet gevallen) en werden we gepasseerd door R en Tilly en ging de rit naar Tilly, die we het overigens graag gunden (nee, het is ECHT geen wedstrijd).
Vandaag dachten we een beetje te recupereren, maar we kwamen bedrogen uit. Na eerst een stukje vlak kwamen we in een heel mooi landschap, met drie colletjes. Na ruim honderd kilometer kwam de enige lange klim van vandaag: de Col de La Faucille, vanuit Gex. Daar heb ik voor het eerst afgezien deze tour: het was bloedheet en net als Michael Boogerd (hoorde ik in een interview) en R gisteren vlogen m’n voeten in de brand en kon ik na 7 km nauwelijks nog trappen, en toen was het nog 4 km. Maar ja, uiteindelijk kwam ik ook weer boven en konden Peter en ik Marc vandaag verder helpen aan zijn etappe overwinning (het is ECHT geen wedstrijd). De KPN boys (Brabant blijft Draoien) zaten ons op de hielen, dus we vertrokken maar weer van het checkpoint boven op de Faucille. In de afdaling begon het te regenen en vloog Peter uit een bocht. Hij kwam niet echt lekker terecht en had een flinke wond aan z’n linker elleboog. Hij is juist altijd zo voorzichtig. Ik had gelukkig ontsmettingsmiddel en pleisters bij me, dus we hebben ‘m een beetje beplakt en konden weer verder. Nog even verkeerd gereden en toen nog de laatste klim, van slechts 250 hm, maar dat was toch niet leuk meer na zo’n end. De etappe was ook nog zo’n 8 km langer en weer 500 hm meer, dus niks recupereren: we zaten er weer behoorlijk doorheen. Onderweg dacht ik nog aan een eindsprint met Marc, maar uiteindelijk gingen we gebroederlijk met z’n drieën over de streep. We waren weer als eersten en nu wordt het vervelend: morgen heb ik mezelf beloofd om ECHT rustig aan te doen en bij het team te blijven (nou ja, in ieder geval de middengroep). Oh ja, ik had een tracker: dus dat was ik.
Het regent nu pijpenstelen en morgen schijnen we ook in de regen te starten (ik heb er zin in …:-().
Oh, Diana roept, ik ben aan de beurt voor de massage en die wil en kan ik niet missen…. Hopelijk tot morgen (onder voorbehoud: we hebben 180 km voor de boeg, grotendeels in de regen en gewoon weer zwaar: 1650 hoogtemeters op papier, dus dat zullen er wel weer 2000 worden)

Verslag Dag 2 én 3 van de TFL

Beste trouwe volgers en Juan,
Excuses voor de afwezigheid van een verslagje over dag 2. Er was geen internet. Dat krijg je he, Frankrijk, derde wereld, niet overal interneppen.
Anyways, gisteren was een pittig en vantevoren zwaar onderschat dagje. Eerste bergje, de Alpe d'Huez was nog wel te doen maar de tweede, het grote onbekende colletje, de Col de Porte was echt verschrikkelijk. Dat pijn is fijn klopt nog steeds, maar dan wel pijn in mindere mate.
Vandaag had een makkelijk dagje moeten zijn maar dat dacht ik dus ook over de col de Porte, NIET DUS! Ik heb pijn op plekken waar ik niet wist dat het pijn kon doen.
Genoeg voor vandaag en gisteren. Reageren staat vrij, bij voorkeur motiverende berichtjes om mij en de rest van de helden hier de bergjes door te helpen.

Groetjes,

Daan

30 augustus 2009

Verslag Jeroen - Dag 1 - 30 augustus


Nou mensen, de kop is eraf en de mijne zit er nog op. Wat een dag. De dag voor de start hebben we de etappe van vandaag in omgekeerde richting gereden met de auto en raakten we al aardig onder de indruk van de Izoard; maar de Agnel vervulde ons met ontzag. We reden aan in schitterend weer en het uitzicht was prachtig. Vanmorgen starten we onder een wolkendek en gezien de zwaarte van de Agnel, was dat eigenlijk zeer welkom. Hoger opgekomen reden we in de wolken en werd het nog behoorlijk fris. Marc Booth heeft z’n reputatie waargemaakt: hij was als eerste boven. Hij rijdt ‘gewoon’ op 39 x 27 pfff… nou ik ben maar wat blij met m’n compact (34 x 28). We hebben er natuurlijk geen wedstrijd van gemaakt; doseren was het devies. Ik was heel blij om te merken dat alles goed zat. De zaterdagavond voelde ik me niet goed; ik kreeg vrijdag een koortslip – iets wat ik NOOIT heb – en zaterdagavond leek ik wel koortsig te worden ook. Vroeg naar bed met Ibuprofen (is geen vrouwelijke deelnemer) en vanmorgen ging het dus wel weer, ik kwam na Marc als tweede boven. Na de Agnel werd het mooi weer en de Izoard reden we in volle zon; warm, maar het uitzicht was geweldig. Na de Izoard voorbij Briancon richting de Lautaret. Die is niet zo steil, maar de wind stond op de kop en het was behoorlijk warm geworden. De vraag of we nu wel of niet de Galibier ‘erbij zouden doen’ werd uitgesteld tot boven op de Lautaret. Alleen Peter en ik wilde misschien nog en we besloten dat Daan de doorslag moest geven. Nou, Daan had tegen die tijd z’n bravoure ook een beetje verloren en we vonden het wel welletjes. Het vooruitzicht van een mooie lange afdaling naar Le Bourg d’Oisan was te verleidelijk en we hebben de grote Galibier dus rechts laten liggen (moet ik toch maar eens een keer terug komen). Ronald en ik gingen als een raket (alles is relatief) naar beneden en zo kwamen we onveilig toch aan op de eindbestemming: camping Le Colporteur. En wat bleek: omdat de snelle mannen van Brabant Blijft Draaien lang koffie hadden zitten drinken en we die dus voorbij waren gegaan, waren Ronald en ik de eersten die aankwamen: onder luid gejuich van de vrijwilligers werden we onthaald. Ik heb zowaar de eerste etappe gewonnen! (nee hoor: het is geen wedstrijd). Na soep en douchen was het even wachten op onze volgwagen en de verzorging, want die bleven bij de laatsten van onze groep. Helaas kregen we bericht dat m’n broer René een knieblessure had gekregen en bijna had opgegeven, maar met de nodige vertraging heeft hij de etappe uitgefietst. Afwachten hoe het morgen zal gaan. Ik ben intussen heerlijk gemasseerd door Diana en als ze iedereen zo zorgvuldig onder handen neemt staat ze er om middernacht nog; ze moet nog even zoeken naar een verkort programma…. Degene die ons hebben proberen te volgen op de ‘tracker’ hebben onze voorzitter gevolgd; die heeft een ommetje gemaakt van 20 km bij Briancon. We hadden de tweede tracker niet mee. Als ik er aan denk zal ik ‘m morgen meenemen.

Dat was het voor vanavond, hopelijk tot morgen, dan staat de Alpe d’Huez op het programma (meteen na het ontbijt)